Blik met ons terug en laat je inspireren door de warme woorden van Kathleen Ferrier, Unesco voorzitster Nederland

Op 1 oktober  vonden heel wat mensen elkaar in het University College Utrecht om samen de 75ste verjaardag van AFS in Nederland te vieren.

Oude en jongere AFS-ers, alumni, staf en vrijwilligers, inspirerende sprekers en enthousiaste workshopbegeleiders maakten er een boeiende en leerrijke dag van.Onder het moto ‘Learning to live together’ focusten we op verleden, heden en toekomst van onze wereld, onze samenleving en AFS. Boeiende getuigen deelden interessante visies en inzichten over wat er vandaag op onze planeet allemaal gebeurt (een pandemie, een oorlog, klimaatverandering, een vluchtelingencrisis, …) en toonden ons zo aan waarom AFS vandaag nog steeds zo relevant is.

Maar ook naast het podium werd er veel (bij)gepraat. Er werd gegeten en gedronken en vooruitgeblikt naar de komende 75 jaar.

Dankjewel aan iedereen die erbij was, dankjewel Paul Bekkers, Bram Boxhoorn en Kathleen Ferrier voor jullie boeiende bijdragen, dankjewel vrijwilligers van de Stichting Vrienden van AFS om de dag zelf polyvalent te zijn, dankjewel iedereen die erbij was om mee te vieren.

Voordat het glas werd geheven op de voorbije 75 jaar en op de fijne verjaardag, stuurde Unesco voorzitster Kathleen Ferrier ons de komende 75 jaar in met ene bevlogen speech die we jullie niet willen onthouden. Lees hier haar wijze woorden, scherpe analyse en vooral warme oproep!

En op de 80ste verjaardag van AFS zijn we er heel graag weer bij!

Benieuwd naar de foto’s? Die kan je hier terugvinden!

Dit is de keynote speech van Kathleen Ferrier over 75 jaar AFS Nederland.

“De zachte krachten zullen zeker winnen
in t eind – dit hoor ik als een innig fluis’tren
in mij: zoo het zweeg zou alle licht verduis’tren
alle warmte zou verstarren van binnen”
Bekende dichtregels van Hariëtte Roland Holst, dichteres en
socialiste.

Allereerst gefeliciteerd!

Dank dat ik op deze heugelijke dag, de verjaardag van AFS
uitgenodigd ben een bijdrage te leveren. Ik ben gevraagd een
persoonlijk verhaal te houden en dat doe ik graag.

Ik heb Spaans en Portugees en literatuur gestudeerd en een regel die
vaak bij mij opkomt deze dagen is van de Spaanse cultuurfilosoof,
schrijver en journalist José Ortega y Gasset, die onder meer de
Opstand der Horden (La Rebelión de las Masas) schreef, die zegt:
“Wij weten niet wat ons overkomt en dat is precies wat ons
overkomt.”
Wij weten niet wat ons overkomt.

Dat heeft betrekking op ons.
Dat begon met het verwoestend virus, dat we nu hopelijk te boven
aan het komen zijn. Ik zeg ‘hopelijk’: zeker weten doen we het nog
geenszins.
Hoe dan ook, Covid heeft onze levens en zekerheden behoorlijk
overhoop gegooid. Covid heeft ons vooral haarscherp laten zien waar
de fouten en gapende gaten zitten in het weefsel van onze
menselijke samenlevingen. De vele ongelijkheden waar we zo graag
de ogen voor sluiten zijn onder het vergrootglas gelegd: ongelijkheid
in toegang tot zorg, tot onderwijs, ongelijkheid tussen mannen en
vrouwen, de mate van huiselijk geweld, etc etc

En het was nog niet tot ons doorgedrongen wat Covid met ons
gedaan heeft en doet, of we zitten in een situatie die we ons tot voor
kort niet konden voorstellen.
Putin, die een bloedige oorlog begint tegen de burgers van Oekraïne
en die ons, zeker sinds gisteren, in een fase gebracht heeft die we
sinds de Cuba crisis niet meer mee gemaakt hebben.
Een oorlog op ons continent, met verstrekkende gevolgen voor de
hele wereld.
Een oorlog die de onderlinge vergaande afhankelijkheid tussen
continenten, tussen landen en tussen mensen, -waar we ook zo graag
de ogen voor gesloten willen houden-, scherp benadrukt.

We houden onze adem in.
“We weten niet wat ons overkomt”

We hadden niet gedacht dat dit weer zou kunnen gebeuren.
Want, hadden we in 1945 niet gezegd: nooit meer. Nooit meer een
wereld oorlog? Hadden we daarom niet de VN opgericht en hadden
we niet daarom een Universele Verklaring voor de Rechten van de
Mens opgesteld?
Hoe heeft dit dan toch kunnen gebeuren?

We zitten allemaal met deze vraag, maar als voorzitter van de
Nederlandse Unesco Commissie wil wel een poging wagen om een
antwoord op deze vragen te geven.
Toen in 1945 de VN werd opgericht zeiden de wereldleiders die toen
om de tafel zaten, dat om wereldvrede te handhaven er drie pijlers
nodig zijn:
1. Rijkdom moet eerlijker verdeeld worden. In de afgelopen 77 jaar
hebben we wat dat betreft heel goede en concrete stappen gezet.
We hebben een Wereldbank en een Internationaal Monetair Fonds in
het leven geroepen, er zijn verschillende regionale
ontwikkelingsbanken.
2. Er moest een internationale rechtsorde komen. Want misdaden
tegen de menselijkheid mochten niet onbestraft blijven en dat
konden we niet overlaten aan nationale hoven, maar er moesten
internationale hoven komen. Ook dat hebben we goed gedaan. Hier
in Den Haag, de wereldhoofdstad van internationale
rechtvaardigheid, zijn in de afgelopen 77 jaar gezaghebbende
internationale hoven gevestigd.
3. De derde pijler die men toen benoemd heeft als voorwaarde voor
het handhaven van wereldvrede, is het benadrukken en versterken
en bevorderen van alles wat mensen in hun menszijn, met elkaar
verbindt. Wetenschap, onderwijs, communicatie, kunst, cultuur,
erfgoed… Dat zijn zaken die mensen met elkaar verbinden. Om die
pijler van de grond te krijgen werd UNESCO opgericht, de United
Nations Educational, Scientific and Cultural Organization. Ons motto
is: vrede creëren in de hoofden van mensen.

Met de woorden van de grondwet van Unesco:
Since wars begin in the minds of men, it is in the minds of men that
the defences of peace must be constructed.

Gedachten van Vrede creëren in de hoofden van mensen, door kunst cultuur, wetenschap
en communicatie.

En verder staat er in die grondwet van Unesco: That ignorance of
each other’s ways and lives has been a common cause, throughout
the history of mankind, of that suspicion, and mistrust between the
peoples of the world through which their differences have all too
often broken into war.
Oftewel kort gezegd: we kennen elkaar niet. En we hebben steeds
minder de wens elkaar te keren kennen. En omdat we elkaar niet
kennen, wantrouwen we elkaar en daardoor ontstaat oorlog.

Toen ik volksvertegenwoordiger was namens het CDA in de Tweede
Kamer, of daarvoor nog, algemeen secretaris van een vereniging van
migrantenkerken SKIN, waren er ook verschillende groepen,
eilanden, zuilen, maar er was wel altijd de wens één samenleving te
zijn, hier in Nederland.
En die wens is verdwenen.
Dat viel mij echt op toen we na vijf jaar in Hongkong gewond en
gewerkt te hebben een paar jaar geleden weer terugkeerden naar
NL. De desinteresse en het gebrek in nieuwsgierigheid naar de ander.
In 2019 werd ik uitgenodigd de jaarlijkse Anton de Kom lezing te
houden en die ging onder meer hierover.
That ignorance of each others ways and lives….

We kunnen deze woorden één op één toepassen op de oorlog nu in
Oekraine en op alles wat er sindsdien in een snel tempo gebeurt.
We moeten dus helaas concluderen dat we het weliswaar goed
gedaan hebben op de eerste twee pijlers, maar veel minder goed op
de derde pijler, de pijler die staat voor de zachte krachten, en het is
de hoogste tijd die nu voluit te versteken.

De wereld om ons heen lijkt in te storten. Systemen en instituties
leveren niet wat ze beloven, integendeel. “We weten niet wat ons
overkomt en dat is wat ons overkomt”

En we realiseren ons ook, dat we lichtvaardig zijn omgegaan met
onze vrijheid en onze democratie. Want voor mij is het duidelijk:
vrijheid, werkelijke vrijheid, is het best geborgd in een democratische
bestel. We zijn lichtvaardig omgegaan met onze democratie, omdat
we ervan uitgegaan zijn dat democratie, zeker in Europa,
vanzelfsprekend is. Maar we realiseren ons nu: dat is het niet!
Zeker niet als we ons afvragen wat er komende tijd op geopolitiek
vlak gaat gebeuren. Wat zal, bijvoorbeeld, de rol van China zijn?

Ik noemde het voorbeeld van de grondwet van UNESCO, dat oorlog
zoals in Oekraïne, ontstaat als we elkaar niet kennen. Dan wordt onze
samenleving steeds meer een verbrokkelde samenleving, waar
mensen met de rug naar elkaar toe staan en steeds meer vanuit hun
eigen bubbel leven, in hun eigen werkelijkheid, hun whatsapp,
wechat of messenger groepen met allemaal gelijkgestemden, die
elkaar bevestigen in hun eigen gelijk, hun eigen wereld- en
mensbeeld en vooral hun superioriteit.

Dit heeft alles te maken met een gebrek aan vertrouwen. Er is geen
vertrouwen meer onderling en niet in onze leiders

De grote vraag is: hoe doorbreek je dit?
Hoe krijgen we de menselijkheid terug, die begint met oprechte
interesse en nieuwsgierigheid in wie de ander is?
Jullie, AFS, geven een belangrijk antwoord op deze vraag! Ik kan niet
genoeg benadrukken hoe groot de waarde is van jullie werk: mensen
op een jonge leeftijd de kans te geven diepgaand kennis te maken
met andere culturen, andere leefwijzen, andere manieren van doen.
Dat is wat onze wereld nodig heeft.
Maar de urgentie van deze tijd vraag om veel meer, meer AFS-sen
maar of zelfs dat genoeg zou zijn…. Ik weet het niet.

Hoe breng je nieuwsgierigheid en oprechte interesse terug.
Ik heb het antwoord niet, maar ik heb er wel veel over nagedacht en
een paar van die gedachten wil ik graag met u delen.
Allereerst de politiek.

  1. Wat mij betreft is de politiek de afgelopen decennia de
    verkeerde kant opgegaan. Het is mijn overtuiging dat het
    politieke in essentie gaat om het verbinden. Verbinden van
    mensen met elkaar en met de planeet. Dat klinkt voor
    sommigen als geitenwollensokken vaagheid, maar volgens mij
    is dat uiteindelijk de kern van politiek, ook van het
    parlementaire werk, zoals ik dat indertijd heb opgevat. Het
    gaat daar immers om ‘parlare’, spreken, redeneren, het
    zorgvuldig kiezen van woorden, argumenteren, met respect
    voor elkaar.

Hanna Arendt, de Duits-Joodse filosofe en politiek denker, zegt het mooi:

“Het aan het licht brengen van het waarheidsgehalte in iedere opinie”.

Dit staat natuurlijk lijnrecht tegenover dat
waar populistische bewegingen voor staan, omdat zij menen de
waarheid in pacht te hebben en alle andere meningen sowieso
niet serieus nemen. Harde taal, elkaar flink de waarheid zeggen
en kreten zoals “Nu Doorpakken”, staan voor een dergelijke
politieke cultuur, die weinig met verbinden en je kwetsbaar
durven opstellen te maken heeft. De vraag is wat deze tijd,
waarin we voor zoveel uitdagingen staan, nationaal, op EU
Niveau en internationaal van politici vraagt.

Wat mij betreft hebben we nu politici nodig die niet uit zijn op
doorpakken, niet tot het reduceren van mensen tot
economische wezens, tot consumenten, die niet denken in
termen van winst en verlies, nee politiek moet gericht zijn op de
zachte krachten, de krachten die verbinden.

Want het zijn ook die krachten die een antwoord kunnen
bieden op het groeiend wantrouwen jegens een overheid die
moeite heeft overtuigend beleid te formuleren. Dat
wantrouwen wordt gevoed door affaires zoals de toeslagen
affaire en complottheorieën, onder andere over vaccinaties. En
ondertussen krijgt de digitalisering steeds meer grip op onze
samenleving, met alle gevolgen van dien en zonder dat de
zeggenschap daarover politiek is ingebed.

We hebben zachte krachten nodig in de politiek en dat is niet
hetzelfde als ‘soft’ zijn. Het gaat om het overtuigd, eigentijds en
authentiek uitdragen van de eigen politieke boodschap.
Als er nu niet gekozen wordt voor waarden gedreven politiek
zal de verbrokkeling van het politieke veld doorzetten, wat
onvermijdelijk leidt tot ondermijning van democratische
instituties in ons representatieve democratische bestel.

2. De media.
We kennen allemaal de trias politica van Montesquieu. De drie
machten in de democratie die staan voor onafhankelijk bestuur op
grond van checks and balances. Uitvoerende macht, wetgevende
en de rechterlijke macht. Maar er is een vierde macht, die
minstens van even grote invloed is, dat is de macht van de media.
Media bepalen wat wij, die kranten lezen, TV kijken en op twitter
etc zitten, horen over wat er in de wereld gebeurt en wat we daar
van zouden moeten of kunnen vinden. Dus media spelen een
grote rol. In onze vrije samenleving, waar ook de media vrij zijn,
ook als is dat de afgelopen jaren minder geworden, hebben media
dus een enorme verantwoordelijkheid. Niet met de hype van de
dag meegaan, maar kwaliteitsjournalistiek leveren, betrouwbaar
werk.

3. De noodzaak van diversiteit.
Op grond van mijn ervaringen, wonen en werken op verschillende
plekken in de wereld is het voor mij duidelijk, dat om de
uitdagingen waar we voor staan van een passend antwoord te
voorzien, we diversiteit nodig hebben. Of het nu gaat om
rechtvaardigheid, duurzaamheid, klimaat of migratie, deze
uitdagingen zijn niet vanuit één manier van denken aan te pakken,
zoals bijvoorbeeld de manier van de mensen met de 7 vinkjes.

Want hoewel men het vaak niet onder ogen wil komen, is het voor
mij glashelder dat doorgaan op de oude weg, ‘business as usual’ niet
meer kan.
Dat hebben de gevolgen van COVID wereldwijd en de afschuwelijke
oorlog die nu raast wel duidelijk gemaakt. De wereld heeft diversiteit
nodig. Om dat de volle ruimte te kunnen geven, is er dienend
leiderschap nodig.
Dat betekent niet dat je maar alles laat gebeuren en duizend
bloemen bloeien, maar dat je als leider bewust op zoek gaat naar wat
verbindt en hoe je dat kunt versterken.
Waarbij het vooral gaat om het geven van platform aan anderen, en
niet aan de leider zelf.

In zijn onlangs verschenen zeer lezenswaardige boek “Waakzaam
burgerschap” stelt Ernst Hirsch Ballin dat in een samenleving die
allang niet meer demografisch gesloten en cultureel homogeen
genoemd kan worden het ook gaat om het gemis van een
gezamenlijke ervaring van geschiedenis en levensperspectieven.
En dat dat niet kan worden gerepareerd door gedwongen assimilatie
van minderheden, evenmin door een nationalisme dat slechts voor
een deel van de bevolkingsgroepen relevante geschiedenissen
idealiseert.

Om onze democratie te versterken is het van belang op geschikte
momenten, zoals herdenkingen en op geschikte plekken, zoals
musea, ruimte te maken voor een verscheidenheid van historische en
persoonlijke ervaringen. Als die een platform krijgen en met andere
gedeeld worden kunnen ze de richting wijzen, naar een werkelijk
gezamenlijke toekomst.

4. Wijzelf.
Ik zei het al, jullie werk is van onschatbare betekenis in onze
huidige tijd. Jonge mensen laten zien dat de wereld groter is
dan Nederland, dan Europa.
Maar ook ik besef dat het soms voelt als een druppel op een
gloeiende plaat. We leven in tijden van grote onzekerheden,
armoede neemt toe, ook in ons eigen land gaan kinderen met
een lege maag naar school. Velen raken in de put, ik zie en
ervaar het in mijn directe omgeving.
“Wat overkomt ons? ”

Maar mijn oproep is, dat juist niet te doen. Juist nu, nu we ons
bewust zijn van onze kwetsbaarheid én onze verbondenheid
met wat er elders gebeurt, en ook onze verbondenheid met de
natuur, juist nu zijn we geroepen die zachte krachten, dat wat
mensen verbindt, te benadrukken.

Want juist deze tijd laat ons toch zien, dat wij mensen elkaar
nodig hebben.

Zoals u misschien weet ben ik in Suriname geboren en getogen.
Mij wordt vaak gevraagd hoe het komt dat in Suriname
diversiteit zo vanzelfsprekend is. Het is immers het enige land
ter wereld waar een synagoge en een moskee naast elkaar op
een terrein staan en waar de bezoekers van die synagoge en
moskee ook nog gebroederlijk en gezusterlijk met elkaar
optrekken als dat zo uitkomt.

Dat komt, omdat men in Suriname wist dat men elkaar nodig
heeft. Toen de plantage-eigenaren teruggingen naar Europa,
nadat ze rijk geworden waren van het werk dat tot
slaafgemaakten uit Afrika en contractarbeiders uit India,
Indonesië en China, onder andere, op hun plantages verricht
hadden, toen er voor hen geen winst meer te behalen viel en ze
vertrokken, beleven de bewoners van Suriname, van waar en
hoe ze daar ook samenkwamen, achter. Men keek elkaar aan
en wist: willen we verder komen, dan zullen we dat samen
moeten doen. We hebben elkaar nodig.

Dát besef heeft hier zolang ontbroken.
We konden alles naar eigen hand zetten.

Maar nu weten we beter, COVID en de huidige ontwikkelingen
maken dat we er echt de ogen niet meer voor kunnen sluiten,
dat ook wij in ons rijke overvloedige land kwetsbaar zijn. Dat we
anderen nodig hebben, mensen dichtbij en mensen ver weg.
Jullie geven jonge mensen de kans dit te ervaren.
De wens de ander oprecht te willen leren kennen, maakt dat
ieder van ons, op de eigen plek en de eigen manier, de zachte
krachten terug brengen die een machtig tegengeluid zijn, tegen
wantrouwen, onzekerheid en angst.

Niet voor niets houdt Henriette Roland Holst ons dit zo stellig
voor:
De zachte krachten zullen zeker winnen
in t eind – dit hoor ik als een innig fluist’ren
in mij: zoo het zweeg zou alle licht verduist’ren
alle warmte zou verstarren van binnen

De machten die de liefde nog omkluisteren
zal zij, allengs voortschrijdend, overwinnen,
dan kan de grootste zaligheid beginnen

Ik feliciteer jullie nogmaals met jullie werk, en wens jullie nog heel veel jaren toe.
Ons allen wens ik het stellige vertrouwen in de zachte krachten toe, -en de moed, die daarvoor nodig is.
Onze wereld, onze planeet en deze tijden vragen het van ons.
Dank

Keynote speaker Kathleen Ferrier (l) voorzitter Hanneke Teekens (r)